Interveniëren met impact

Hoe intervenieer je het meest effectief bij patronen in teams?

Mijn vriend Christoph volgde een cursus interveniëren met impact – aanwijzingen om teams op systemische wijze te coachen. Hij vertelde me over de belangrijkste lessen in teamcoaching.

Teams ontwikkelen zich veelal volgens eenzelfde patroon

In het begin vluchten de leden vaak nog voor confrontaties. Pas als die conflicten worden uitgesproken en autoriteit zich uitkristalliseert, is samenwerking mogelijk – eerst binnen het team, dan ook met de context daarbuiten.

Interveniëren in dit proces is soms nodig, omdat teams in een fase blijven steken of terugvallen in volwassenheid. Je kunt als coach aanhaken op:

  1. Doelen,
  2. Rollen en verantwoordelijkheden,
  3. De interactie in het team (zoals aannames over elkaar en negatieve voorspellingen)
  4. Jezelf (de energie van individuen, mede bepaald door de context).

De eerste twee lagen zou je bovenstroom kunnen noemen, de laatste twee onderstroom. Alle interventies die je als coach doet zijn gericht op het vergroten van het lerend vermogen van de groep.

Hoe intervenieer je het meest effectief?

In drie stappen – maar eigenlijk meer cyclisch door steeds opnieuw te zeggen:

  1. Ik zie dat … Mij valt op dat … (benoemen).
  2. Valt het jullie ook op, dat … (checken).
  3. Wat is het effect op jullie samenwerking? (samen onderzoeken)

Taal is erg belangrijk. De basis van de methode is luisteren, aannemen en voortbouwen. Wat men zegt en hoe men reageert – op jouw vragen en tijdens de uitwisseling in het team – is erg afhankelijk van de ontwikkelingsfase.

Dat alles nog eens – en een stuk uitgebreider – nalezen? Dat kan in het boek Competente mensen in/competente teams; Handboek voor het interveniëren met impact in samenwerking van Jobbeke de Jong.

Heel interessant om je dat zo enthousiast en praktisch te horen uitleggen. Dank je wel, Christoph!

Plaats een reactie

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.